Sinds de intrede van de coronapandemie (in maart 2020), is de hoeveelheid uitgestelde medisch specialistische zorg opgelopen tot meer dan 1,8 miljoen verwijzingen. Uit cijfers van ZorgDomein blijkt dat er sprake is van “een stuwmeer aan verwijzingen van huisartsen”. Het gaat hierbij om doorverwijzingen naar vervolgzorg binnen alle zorgdisciplines door huisartsen.
Overvolle ziekenhuizen door COVID-19
Tijdens de eerste, intelligente lockdown was de daling van het aantal geregistreerde doorverwijzingen het hoogst. De mogelijke oorzaak daarvoor waren de overvolle ziekenhuizen als gevolg van COVID-19. Hierdoor moesten veel ziekenhuizen noodgedwongen de reguliere zorg afschalen.
In maart waren er 857.131 diagnostiekaanvragen en verwijzingen van huisartsen naar ziekenhuizen en specialistische zorginstellingen. Normaliter zijn dat er in die periode 90.994 meer. In januari ging ongeveer een kwart (23 procent) van de verwijzingen niet door, in februari lag dat percentage op 17 procent en in maart zelfs op 10 procent. Op 15 maart was er sprake van een recordaantal verwijzingen via ZorgDomein: op die dag vonden er 81.369 verwijzingen plaats naar medische specialistische zorg én de andere zorgdisciplines.
1,9 miljoen uitgestelde verwijzingen
Momenteel, in de huidige (derde) golf, is de daling aanzienlijk lager dan in het begin. In februari 2021 was er sprake van 17 procent minder diagnostiekaanvragen en verwijzingen naar zelfstandige klinieken en ziekenhuizen. Op dat moment bedroeg “het totale stuwmeer” uit bijna zo’n 1,9 miljoen uitgestelde verwijzingen. Om een beeld te schetsen: eind maart 2020 bedroeg de daling gemiddeld 75 procent. Dat betekent dat er maandelijks zo’n 450.000 uitgestelde reguliere zorgvragen waren.
De zorgsector wil uiteraard zoveel mogelijk patiënten helpen bij het verkrijgen van de benodigde zorg. Volgens ZorgDomein is het daarom van essentieel belang dat huisartsen inzicht hebben waar de reguliere zorg wordt afgeschaald en waar deze nog doorgang vindt.
Auteur: redactie Zuster Jansen